 |
|
 |
In
tal van opzichten leken de goden en godinnen die door de Vikingen
werden aanbeden erg op gewone mensen. Net zoals de mensen
hadden de goden goede en slechte eigenschappen en bovendien
waren
ze,
net zoals de mensen, sterfelijk. |
 |
|
|
 |
 |
BALDIN
was de zoon van Odin en Frigga en was de meest geliefde van de
Aesir (de Noorse goden). Hij was de stralende en lichtgevende god
die vreugde bracht in het leven. |
 |
BRAGI
was de god van de poëzie. Ook hij was een zoon van Odin. Begeleid
door z'n magische harp kon hij zo mooi zingen dat Odin hem tot de
boodschapper van alle goden maakte. |
 |
FORSETE
was de god van de gerechtigheid vanwege zijn grote wijsheid. |
 |
FREYA
was de godin van de liefde en de vruchtbaarheid. Zij was de mooiste
van alle godinnen. Ze is de schutspatrones van de gewassen en het
nieuwe leven. Ze hield van muziek, lente en bloemen en was bijzonder
gesteld op elfen (feeën). |
 |
FREYR
was de god van de zon en de regen en de schutspatrones van de
rijke oogsten. Hij was zowel een god van vrede als een moedige krijgsman.
Hij bezat een magisch zwaard dat uit zichzelf kon vechten. Hij was
in staat om alle andere goden met zich mee te dragen in de zak die
aan zijn gordel hing. |
|
 |
 |
FRIGG
was de vrouw van Odin. Ze was de schutspatroon van het huwelijk,
het moederschap en de vruchtbaarheid. |
 |
HEIMDALL
was de beschermengel van Asgard (de plaats waar de goden woonden),
want hij was in staat om zowel overdag als 's nachts scherp te zien
over enorme afstanden. Hij had maar weinig slaap nodig. |
 |
LOKI
was de god van de ondeugd en al het slechte op de wereld. Bij
verschillende gelegenheden verraadde hij de goden. |
 |
NJORD
was de god van de zee gedurende de zomer en stond erom bekend
dat hij goed weer stuurde als iemand hem een plezier gedaan had. |
 |
ODIN
was de aanvoerder van de goden en vader van velen van hen. Hij
was de god van de wijsheid, de oorlog en de dood. Odin bezat de
macht om de doden te laten spreken en op deze manier kon hij vragen
stellen aan de meest wijze onder hen. |
|
 |
 |
THOR
was de Noorse god van de donder. Hij was een van de machtigste
goden. Thor werd vaak voorgesteld als een grote, krachtige man met
een rode baard. Bliksemschichten kwamen uit zijn ogen. Ondanks zijn
angstaanjagende verschijning was hij erg geliefd als beschermer
van zowel goden als mensen. |
 |
SIF
was de vruchtbare, goudharige vrouw van Thor. |
 |
TYR
was de dapperste van de goden. Hij zette anderen aan tot moed
en heldendom in de strijd. Tyr werd afgebeeld als een man met één
arm, omdat zijn rechterarm er af was gebeten door de gigantische
wolf Fenrir (in het oud-Noors werd zijn pols "die-bij-de-wolf-is-gebleven"
genoemd). Hij droeg altijd een speer bij zich, hetgeen rechtvaardigheid
symboliseerde, maar ook gewoon als wapen diende. |
 |
ULLER
was de god van de winter. Hij droeg kleding van bont en tijdens
zijn tochten door de westelijke bergen droeg hij sneeuwschoenen. |
 |
VIDAR
was de god van de stilte en de wraak. |
|
 |
 |
|
"The
Big Myth" © Distant Train 2002 |