|
|
|
Het
rijk van de Inka's ontwikkelde zich tussen 1400 en 1500 v.
Chr. in het gebied dat nu Peru heet. Voor de 15e eeuw werd
het Andesgebergte bevolkt door tal van volkeren. Tijdens de
heerschappij van Pachacuti en zijn zoon Topa Inka (tussen
1438
en
|
|
|
|
1493
v. Chr.) groeide de Inka-staat uit tot een enorm groot
rijk. Het rijk van de Inka's had
een ongunstige ligging. In het noordwesten grensde het aan de Grote Oceaan.
Daar ligt de droogste woestijn op aarde. Al vijfhonderd jaar is hier geen
druppel regen gevallen. Ten oosten van de woestijn liggen de pieken van
het Andesgebergte. De berghellingen zijn zo stijl dat landbouw er bijna
onmogelijk is. De Inka's losten dit probleem op door tegen de hellingen
terrassen aan te leggen met vruchtbare aarde uit de valleien. Oostelijk
van het Andesgebergte ligt de uitgestrekte jungle van het Amazonegebied.
|
|
|
GESCHIEDENIS
In de meest gewelddadige veroveringstocht op het Amerikaanse continent
(1532) werden het rijk en de cultuur van de Inka's grotendeels verwoest
door de Spanjaarden. Onder leiding van Fransisco Pizarro roofden
de Spanjaarden meer dan 280.000 kilo goud van de Inka's, ze verwoestten
alle uitingen van de oorspronkelijke religie en cultuur. Niettemin
overleefde de Inka-cultuur deels en elementen ervan zijn terug te
vinden in Peru, Ecuador en Colombia.
De volkeren
die vandaag de dag in het Andesgebied wonen en Quechua spreken
zijn de nakomelingen van de Inka's. Ze vormen bijna 45 procent
van de bevolking van Peru. Ze leven in gesloten gemeenschappen
en houden zich bezig met landbouw en veelteelt. Ze maken gebruik
van eenvoudige traditionele technieken. Veel van het werk op het
land wordt in samenwerking gedaan. Het katholicisme is nu officieel
de grootste godsdienst in deze gebieden. Het is vermengd met oorspronkelijke
religieuze elementen van de Inka's.
|
|
|
|
RELIGIE
Pachacuti hervormde de godsdienst van de Inka's grondig. Hij
beweerde dat hij een directe afstammeling was van de Inka-zonnegod
Inti. Hierdoor waren zijn onderdanen hem bijzonder gehoorzaam. Het
dagelijks werk werd bijna een religieus plicht. Pachacuti begon
een cultus rond zichzelf en de zonnegod Inti. Iedere dag droeg de
heerser nieuwe kleren; de kleren van de vorige dag dienden verbrand
te worden. Hij wilde slechts eten van een gouden bord. De Inka-samenleving
was theocratisch: politiek en religie waren nauw met elkaar verbonden.
Het geloof van de Inka's combineerde kenmerken van het animisme,
het fetisjisme en de verering van goden die de krachten van de natuur
symboliseerden. De rituelen omvatten o.a. ingewikkelde vormen van
waarzeggerij en het offeren van mensen en dieren. |
|
|
|
SAMENLEVING,
ECONOMIE EN POLITIEK
Pachacuti
en zijn zoon Topa Inca slaagden erin de uitgestrekte gebieden, waar
ongeveer honderd verschillende stammen woonden te reorganiseren
in een politieke eenheid die in staat was miljoenen mensen te voeden
en te kleden, grootschalige bouwprojecten uitvoerde en grote legers
op de been bracht. Hij noemde zijn nieuwe koninkrijk Cuzco en hij
bedacht een ingenieus stelsel waarmee de regeerstructuur, het sociale
verkeer, de economie en de religie vastgelegd werden. Hij was een
van de machtigste alleenheersers die de wereld ooit gekend heeft.
Hij was niet afhankelijk van een raad van adviseurs, maar nam zelf
alle beslissingen over zijn volk.
De Inka
keizer Pachacuti benoemde allereerst zichzelf als heilige leider.
Hij beweerde dat hij de directe afstammeling was van de goddelijke
schepper Pachacamac (ook genoemd Viracocha). Onder zijn bewind,
werd Cuzco een 'huaca', ofwel een heilige plek, gewijd aan de
zonnegod Inti. Pachacuti vernietigde de uit steenklei opgetrokken
stad en liet een nieuwe stad uit steen bouwen. In het zuiden van
de stad bouwde hij een tempel die gewijd was aan de zon en aan
hemzelf. De muren van dit heiligdom waren bekleed met goud.
Een van
de problemen van de regering was de verdeling van het voedsel
en de kleding. Het graan, de aardappelen, het katoen en de andere
goederen die nodig waren voor de miljoenen mensen werden allemaal
in verschillende delen van het rijk geproduceerd. De Inka's losten
dit probleem op door de ontwikkeling van een soort praktisch socialisme.
Ieder dorp produceerde zoveel als de natuur mogelijk maakte en
droeg het overschot af aan de mensen in andere gebieden. In ruil
hiervoor kregen de arme dorpen die hun gewassen moesten verbouwen
op de bergterrassen de producten die ze zelf niet hadden. Een
deel van het overschot was bestemd voor de soldaten en de werkkrachten
die de tempels en de wegen bouwden. Dit wordt het systeem van
reciprociteit (uitwisseling) genoemd en daarom hadden de Inca's
geen markten. Danks dit systeem leverde iedereen een bijdrage
en was iedereen tegelijkertijd ontvanger.
|
|
|
|
CULTUUR
Iedere burger van het Inca-rijk had een vastgelegde taak in het
leven, afhankelijk van leeftijd, geslacht en sociale status. Kinderen
kregen vanaf hun vijfde levensjaar bijvoorbeeld de verantwoordelijkheid
om water naar de velden te brengen waar de volwassenen bezig waren
met hun werk. Vrouwen ouder dan vijftig dienden kleding te maken.
Zelfs de lichamelijk en geestelijk gehandicapten kregen dagelijkse
taken toebedeeld die pasten bij hun capaciteiten. Een van deze taken
was maïs of graan te kouwen en dit vervolgens in een grote
schaal te spugen. De Inka's lieten deze substantie gisten om hiermee
hun bijzondere maïsbier (Chicha) te brouwen. Ze dronken het
tijdens feestelijke gelegenheden.
Alle verantwoordelijkheden
werden vastgelegd door amtenaren via een systeem dat Quipu werd
genoemd. Dit was een ingewikkelde vorm van communicatie waarbij
gebruik werd gemaakt van gekleurde draden die samengeknoopt waren.
Dit was het Inka-alternatief voor het schrift. Keizer Pachacuti
stelde ook religieuze feestdagen in voor zijn volk. Zes keer per
maand lag het gehele rijk stil vanwege festiviteiten, voordrachten
en parades.
De Inka's
waren geweldige architecten en ze maakten prachtige gebouwen.
In het Andesgebied kunnen hun irrigatiesystemen, paleizen, tempels
en vestingen nog steeds bewonderd worden. Ze hadden een efficiënt
wegenstelsel dat vooral door de overheid en het leger gebruikt
werd. Koeriers brachten boodschappen in de vorm van geknoopte
draden door heel het rijk. De Spanjaarden maakten dankbaar gebruik
van dit wegenstelsel zodat ze in korte tijd het Inka-rijk in bezit
konden nemen.
|
|
|
|
|
"The
Big Myth" © Distant Train 2002 |